In de voorgaande runs van de 30-daagse was er al een duidelijk signaal dat de week van 29 oktober te koud ging worden. Er werd zelfs een flinke afwijking voorgeschoteld ten op zichte van de normale 12 graden. Ook in de nieuwe vierweekse verwachting van het Europees model zien we die koude dip en dat is mooi in lijn met de verwachting die we hebben uitstaan. Maandag en dinsdag komt de temperatuur niet boven de 10 graden uit en ook de dagen daarna blijft het aan de frisse kant.

De kans op nachtvorst is vanaf dit weekend in het binnenland vrij groot en we sluiten niet uit dat in het begin van de nieuwe week er in de hogere delen van Nederland zelfs even wat natte sneeuw kan vallen (kans 10-15%). Let op: de slee hoeft echt nog niet uit de schuur, het is maar de vraag of er uberhaupt sneeuw blijft liggen in de genoemde regio's.

De koude dip in Nederland is volgens de maandverwachting van korte duur. Voor de weken beginnende op 5 november en op 12 november wordt alweer een iets te warm scenario verwacht. Het zijn geen schokkende afwijkingen maar de kou is wel weer verdwenen. Overigens lijkt het in het grootste deel van Europa de balans weer door te slaan naar een warmer beeld. Alleen het Iberisch schiereiland, Ierland en een deel van het Verenigd Koninkrijk kennen een frisser scenario.

De neerslagprognoses voor Nederland zijn nog steeds aan de droge kant. Te veel of te weinig neerslag wordt er niet verwacht. De neerslagcijfers die berekend worden liggen rond normaal. Dit zou betekenen dat er in Nederland in de eerste helft van november gemiddeld zo'n 50mm water valt.

Verontrustend zijn de neerslagverwachtingen voor Zuid-Europa. Met name in Spanje, Zuid-Frankrijk, Italië en de landen langs het noordelijk deel van de Adriatische Zee wordt voor iedere week een fors te nat scenario berekend. Dergelijke hoeveelheden neerslag kunnen daar voor flink wat overlast gaan zorgen.

Sinds 2 april 2018 zijn we de maandverachting van het Europees Weercentrum (ECMWF) intensief gaan volgen. Per week hebben we gekeken hoe de score voor Nederland was en dat zijn zeer bemoedigende cijfers.

Voor een weersverwachting voor de periode van 15 tot 30 dagen vooruit, geldt dat een verwachting 'van dag tot dag' niet meer mogelijk is. In grotere lijnen is tegenwoordig wel degelijk een uitspraak mogelijk, die bovendien enige waarde heeft. Het gaat om indicatieve uitspraken als 'warmer dan normaal', of 'relatief nat'.

De verwachting wordt wekelijks op maandag door een computermodel berekend. De resultaten moeten daarna worden verwerkt en zijn op dinsdag beschikbaar. Wij wachten vervolgens dan nog op de uitslag van de voorgaande week.

Om die reden verschijnt meestal op woensdag, donderdag of vrijdag een update. De eerste week van de verwachting valt daarmee grotendeels af en blijft dan ook in de tekst vaak onbenoemd.

Een uitgebreid artikel over de maandprognose is hier te lezen.