Sneeuw: een verschijnsel dat in Nederland steeds zeldzamer wordt. Het gemiddeld aantal dagen met sneeuwval per jaar (over de periode 1991-2020) ligt rond 13 dagen in Zeeland, 16 dagen in het uiterste westen, 19 in het midden van het land en zo'n 20-25 dagen in het oosten en in Zuid-Limburg. De afgelopen winters zitten we daar echter vaak fors onder; een enkel jaar is zelfs er in geslaagd om lokaal volledig 'sneeuwloos' te eindigen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de winter van 2014. En dat kunnen we gerust zeer opmerkelijk noemen! 

Het begon allemaal op vrijdag 8 december met een aantal sneeuwbuien die vooral de Veluwe en Gelderland aandeden. Plaatselijk kwam het toen al tot een sneeuwlaag van een centimeter of tien. In de nachten erop vroor het licht en kwam het regionaal tot gladheid. Op zondag 10 december volgde een dooiaanval vanuit het zuiden, maar vooraf was al duidelijk dat die half zou mislukken. Eerst viel overal een pak sneeuw van 10-15 centimeter. De kern van dat lagedrukgebied trok vervolgens recht over Nederland. Gevolg: de zuidelijke helft kreeg met een zachte westenwind te maken, waardoor de temperatuur daar kon stijgen naar 3 tot 7 graden boven nul. Het midden en noorden bleven echter met een oostenwind te maken houden en daar bleef dooi volledig uit. Maandag 11 december volgde een nieuwe sneeuwstoring met vooral in het midden en westen langdurige sneeuwval. Die situatie leverde ook een weeralarm (code rood) op, omdat het verkeer massaal vastliep. Uiteindelijk bereikte de sneeuwlaag op dinsdag 12 december een dikte van maar liefst bijna 40 centimeter op de Veluwe!