Voor een warme dag moet het op één van de officiële meetpunten in ons land 20,0 graden of warmer worden. Van een officiële warme dag is nog geen sprake. Daarvoor moet het in De Bilt 20,0 graden of warmer worden. Het werd er 19,6 graden, daarmee is overigens wel sprake van een datum-warmterecord. De vorige keer dat ergens in ons land 20 graden werd genoteerd was op 19 oktober 2021. 

Gemiddeld, over de huidige klimaatperiode 1991-2020, wordt de eerste lokale 20 graden op 4 april gemeten. De eerste warme dag komt steeds vroeger voor, want in de vorige klimaatperiode (1981-2010) werd gemiddeld op 8 april ergens in het land 20 graden of meer gemeten. 

De vroegste warme dag ooit viel op 24 februari 1990. In het Limburgse Oost-Maarland werd het die dag 20,4 graden. In Epen werd het 20,0 graden. Het langst moest in 1941 op een warme dag worden gewacht. Pas op 18 mei kwam het kwik ergens in ons land boven 20 graden uit. In het noordwestelijk kustgebied duurde het in het verleden nog wel eens veel langer. In 1956 steeg het kwik daar pas op 1 juli tot boven 20 graden. 

De vorige warme dag was op 19 oktober 2021. In Westdorpe werd het die dag 20,2 graden. In Wilhelminadorp werd het 20,1 en in Rotterdam 20,0 graden. De winterperiode zonder warme dagen is met 153 dagen relatief kort geweest. Vorig jaar bleef de temperatuur, tussen 3 november 2020 en 29 maart 2021 in totaal 146 dagen beneden 20 graden. Een record is dat niet, want in 2019 duurde de warmte periode slechts 112 dagen tussen 6 november 2018 en 27 februari 2019. 

Gemiddeld telt een jaar in het zuiden van het land meer dan 100 warme dagen. In Eindhoven stijgt de temperatuur op 101 en in Maastricht op 106 dagen boven 20 graden. In het midden van het land noteert De Bilt gemiddeld 93 en Twente 97 warme dagen. Eelde heeft er 84, Leeuwarden 67 en Den Helder 56 warme dagen.

In 2018 werd een recordhoeveelheid warme dagen genoteerd. In het Brabantse Gilze-Rijen werden maar liefst 147 warme dagen genoteerd en in het Limburgse Arcen 146. Ook in Eindhoven, Maastricht, Twente, Hupsel, Ell en Volkel werden in 2018 tenminste 140 warme dagen genoteerd. Ook in De Bilt werd met 132 warme dagen een recordaantal genoteerd.

Het laagste aantal twintigers ooit werd in 1956 en 1962 genoteerd. In Den Helder kwam het toen tot slechts 9 warme dagen. In 1962 kwam het in Vlissingen tot 16 en in Leeuwarden tot 19 warme dagen. Dat kunnen we ons tegenwoordig niet meer voorstellen.

Gemiddeld wordt de eerste warme dag in april gemeten, maar soms dus ook in maart of zelfs in februari. De afgelopen 30 jaar komt het gemiddeld eens per drie jaar voor dat het ergens in het land al voor april 20 graden of meer wordt genoteerd. Vorig jaar werd op 29 maart de eerste warme dag genoteerd en in 2020 was dat op 5 april het geval. In 2019 werd de eerste warme dag zelfs al op 27 februari gemeten met 20,5 graden in Arcen.

Omslagfoto: Marlinde Hamzink