In De Bilt werd het -5,5 graden en daarmee is sprake van matige vorst. Vorig winterseizoen moesten we heel lang wachten op de eerste officiële matige vorst. Op 31 januari 2021 kwam een eind aan een periode van maar liefst 740 dagen dat het op het hoofdstation matig vroor met een temperatuur onder -5 graden. In het jaar 2020 heeft het in De Bilt helemaal niet matig gevroren en de keer daarvoor was op 21 januari 2019.

De eerste lokale matige vorst van dit winterhalfjaar was op 11 december met in Eelde -6,6 graden. Afgelopen nacht daalde de temperatuur niet alleen in De Bilt tot onder -5 graden. Ook elders in het land was het koud met op uitgebreide schaal matige vorst. Het koudst was het in Eelde met -6,8 graden.

De eerste officiële matige vorst van het winterhalfjaar (van oktober tot en met april) dient zich normaal gesproken (klimaatnormaal 1991-2020) aan op 24 december. In de vorige klimaatperiode was dit nog 19 december. De matige vorst van vandaag komt daarmee op een heel normaal moment.

In de winter van 2019-2020 kwam het op het hoofdstation niet tot temperaturen beneden -5 graden. In het winterhalfjaar van 2018-2019 vroor het op 20 januari matig en de winter daarvoor was het pas op 6 februari het geval. In de winter van 2016-2017 dook de temperatuur al op 29 november tot beneden -5 graden.

Gemiddeld komen volgens de huidige klimaatnormaal in het winterhalfjaar tien dagen met matige vorst voor op het hoofdstation. In de vorige klimaatperiode 1981-2010 daalde de temperatuur gemiddeld nog op twaalf dagen tot beneden -5 graden.

In het winterhalfjaar van 1963 werden de meeste dagen met matige vorst genoteerd. Op maar liefst 59 dagen daalde het kwik beneden -5 graden. In de winter van 1947 vroor het 53 dagen matig en in 1940 49 dagen. In deze eeuw is het record 21 dagen met matige vorst. Zowel in 2003 als in 2010 werd dit aantal gehaald. In het winterhalfjaar van 2014 als in 2020 kwam het helemaal niet tot matige vorst in De Bilt.

Foto thumbnail: Jolanda Bakker