De termen sneeuw en storm zijn de afgelopen dagen vaak voorbij gekomen in weer-gerelateerde artikelen, maar wat gaat daarvan terechtkomen morgen? Het lagedrukgebiedje wat ons weerbeeld gaat bepalen is inmiddels ontstaan ten westen van Ierland en trekt de komende 12-24 uur richting Nederland.

De weermodellen zijn erg springerig wat betreft de locatie van het laag. Dat heeft grote gevolgen voor het weerbeeld en de temperatuur in Nederland. In het Harmonie-weermodel, dat elk uur een nieuwe run heeft, ligt de strook met sneeuwval in de ene run boven over een strook over midden-Nederland, terwijl de modelrun van een uur later de sneeuw over Noord-Brabant heeft liggen. Het is dus erg lastig om op dit moment te zeggen waar eventuele sneeuwval plaats zou kunnen vinden. Duidelijk is wel dat als het ergens zal sneeuwen dit in het binnenland zal zijn en niet in de kustgebieden.

Daarnaast is het ook nog maar de vraag of het, als het sneeuwt, ook tot een sneeuwdek komt. Dat hangt vooral samen met de neerslagintensiteit en de overlap met koude lucht ten noorden van het laag. Mocht het laag minder uitdiepen, is de neerslag waarschijnlijk minder intensief, waardoor neerslagafkoeling moeilijker kan plaatsvinden. Al deze factoren maken het lastig te verwachten, waar een sneeuwdek kan ontstaan en hoe makkelijk of moeilijk dat gebeurt.

Voor nu is onze verwachting dat het midden en noorden van het land aan de noordzijde van het lagedrukgebied gaan uitkomen, waarmee de maxima daar slechts tussen 2 en 4 graden liggen. In het zuidoosten van het land, ten zuiden van het laag, kan het mogelijk nog 10 of 11 graden worden. Daarbij regent het van tijd tot tijd stevig door met de hoogste neerslagsommen in het midden en zuiden. Daar zijn tientallen millimeters regenwater mogelijk. In het uiterste noorden is het iets minder nat, maar kan alsnog zo'n 10 millimeter regen vallen. Dinsdag in de namiddag en avond gaat de neerslag in een smalle strook over Nederland over in natte sneeuw, maar waar dit gebeurt, is tot het laatste moment onduidelijk.

Nadat het lagedrukgebied richting Duitsland is weggetrokken draait bij ons de wind naar het noordwesten. Koude bovenluchten, op 500 hPa zo'n -35 graden, zorgen in combinatie met het nog vrij warme zeewater voor een onstabiele atmosfeer. Daardoor ontstaan stevige buien die steeds vaker gepaard gaan met hagel en natte sneeuw. Vooral landinwaarts kan een enkele plek wit kleuren, wanneer een buienstraat passeert met genoeg neerslagintensiteit. De grootste kans hierop is in het oosten van Noord-Brabant, Limburg en specifiek de Limburgse heuvels.

De wind gaat daarbij zeker aan de westkust en het zuidwesten van het land flink in kracht toe nemen, met kans op zware windstoten van 75 tot 90 km/uur. Deze zullen voornamelijk bij de buien voorkomen.

De buien zetten zich ook voort op woensdagochtend en dan maakt het zuidoosten opnieuw de grootste kans op natte sneeuw. De temperatuur zakt dan al gauw richting het vriespunt in die regio's. Elders wordt het woensdag 4 tot 7 graden, maar door de matige tot vrij krachtige noordwestenwind boven land en mogelijk een krachtige tot harde wind direct aan zee, voelt het een stuk kouder aan. Al met al staat ons dus een guur en lokaal winters intermezzo te wachten.