Echt winterweer hebben we nog niet gehad dit jaar. Wel hebben we inmiddels enkele plaagstootjes van de winter mogen ervaren. Eerder deze maand viel in vrijwel het hele land een paar centimeter sneeuw en was er 's avonds enkele uren sprake van sneeuwpret. Afgelopen weekend was het zuiden van het land soms aan de beurt. Vooral in Limburg wist zich in de nacht naar zondag een behoorlijke laag sneeuw te vormen. Op de Vaalserberg lag zondagochtend ruim 15 cm en nadat er afgelopen nacht opnieuw wat sneeuw was bijgevallen, was de sneeuwlaag zo'n 20 cm dik geworden. Elders in het land was van een sneeuwdek nauwelijks sprake, wel was het in de noordoostelijke helft van het land best koud. Het vroor er vanmorgen 4 tot 7 graden. 

Echt koud is het ruim ten noorden van ons. Verliep de voorgaande winter in grote delen van Scandinavië en Europees Rusland extreem zacht, dit jaar is het weer er minder extreem. In Moskou is de temperatuur nu weer iets boven nul gekomen, maar vorige week vroor het er stevig. Iets dat overigens heel normaal is voor die regio. Ook in Scandinavië zakt de temperatuur soms flink en is er op beschutte plekken de afgelopen tijd regelmatig een temperatuur van -30 graden gemeten.

Heel voorzichtig wil de koude lucht in het noorden van Europa zich naar het zuiden uitbreiden. Dit wordt mogelijk gemaakt doordat lagedrukgebieden een vrij zuidelijke koers volgen. Die zuidelijkere koers van de lagedrukgebieden nabij onze breedtegraad kunnen we dan weer koppelen aan de aanwezigheid van een krachtig hogedrukgebied nabij de Noordpool. Al deze weersystemen beïnvloeden elkaar en zorgen er dus voor dat de grens tussen twee luchtsoorten zich ergens in de buurt van ons land gaat ophouden. Waar de grens komt te liggen is nog erg onzeker en daarmee ook de weersontwikkeling later deze week in ons land.

De verschillende weercomputers berekenen de grens tussen de koude en zachte lucht allemaal weer op een andere plek. Minst winters zijn de berekeningen van het GFS model. Die laat de zachte lucht over heel Nederland uitstromen. De berekeningen van het ECMWF model zijn echter een stuk voorzichtiger en laten de kou in het noorden een stuk hardnekkiger zijn. Ook berekeningen van het Franse Arpege model komt met een veel zuidelijke grens van de luchtmassagrens waardoor de kans op winterweer in ons land een stuk groter zijn.

Hoe dan ook, aan de koude kant van de het weerfront valt winterse neerslag. Naast sneeuw of natte sneeuw kan dat ook ijsregen of ijzel zijn. Aan de zuidzijde valt gewoon regen bij temperaturen ruim boven nul. De komende dagen moet duidelijk worden welk model de situatie het beste heeft voorzien. 

De zogenaamde pluimverwachting die je hier kunt vinden laten de onzekerheid ook goed zien. In het zuidwesten van het land lijkt volgens het gros van de berekeningen op donderdag de zachte lucht als winnaar uit de bus te komen. In het noordoosten is die kans een stuk minder groot. Ook vrijdag zien we grote verschillen tussen het noordoosten en zuidwesten van het land. Pas in het weekend lijkt het erop dat de koude lucht (tijdelijk) als winnaar uit de bus komt. Zowel in het zuiden als noorden van het land komt het dan tijdens de nachten tot een paar graden vorst.