Vrijdagochtend, omstreeks half 7 's ochtends, bereikt de meteorenzwerm Boötiden haar hoogtepunt. Tijdens dit hoogtepunt verbranden ongeveer 130 meteoren in de top van onze atmosfeer, hetgeen wij waarnemen als vallende sterren. Dit klinkt als een spectaculaire sterrenregen met zo'n 2 vallende sterren per minuut, dat is het ook. Helaas voor de waarnemers is het in ons land tijdens het maximum op de meeste plaatsen bewolkt.

In de nacht naar vrijdag komen er vooral in het oosten en zuidoosten eerst nog wel wat opklaringen voor. Later neemt ook daar de bewolking toe. Wil je dus wat kunnen zien van de Boötiden, dan is er vooral in het begin van de nacht in het oosten en zuidoosten nog een kans voordat ook daar de bewolking de hemel doet bedekken.

Tijdens deze opklaringen hebben we van verstorend maanlicht geen last, aangezien de maan pas na 7 uur 's ochtends opkomt. In de opklaringen is het wel aan de koude kant met temperaturen rond het vriespunt.

Bij de meeste meteorenzwermen is er in een periode rond een maximum van het aantal vallende sterren per uur vaak nog genoeg te zien. In het geval van de Boötiden, de meteorenzwerm waar we nu mee te maken krijgen, is dat helaas niet zo. Ongeveer 24 uur voor en 24 uur na de piek is er nog maar 2% van het totaal aantal vallende sterren te zien, dat zijn er nog maar 2 of 3 per uur.

In de opklaringen vroeg in de nacht naar vrijdag zijn er, in theorie, in het oosten en zuidoosten dus beduidend minder vallende sterren te zien dan tijdens het maximum in de vroege ochtend.

Zijn er toch opklaringen in jouw omgeving en wil je toch even een kijkje nemen, dan moet je richting het oosten kijken. Vroeg in de nacht is het nog vrij dicht boven de horizon zichtbaar, maar naarmate de nacht vordert komt het gebied, waar de vallende sterren vandaan lijken te komen, steeds verder boven de horizon te staan. Tegen de ochtend is dat op ongeveer driekwart tussen de horizon en de hemel recht boven je.