Komend weekeinde is het weer zover. In de nacht van zaterdag op zondag gaat de klok weer een uurtje vooruit. Dat betekent een uurtje minder lang slapen en 's avonds langer licht. En het weer? Dat gedraagt zich lekker tegendraads. 

Op zondag zien we namelijk dat we in flink koudere lucht komen. Ligt het kwik zaterdag overdag nog rond een graad of 12, op zondag moeten we het doen met een magere 8 graden. Tel daar ook eens een stevige noordenwind bij op, en het levert een gure zondag op. De gevoelstemperatuur ligt dan slechts een paar graden boven nul.

Ook in de nieuwe week is het geen weer om buiten van de lange avonden te genieten. Sterker nog: het blijft koud met maxima die amper de dubbele cijfers halen. Daarbij worden zonnige momenten afgewisseld met veel bewolking en een enkele (maartse) bui met kans op hagel en mogelijk zelfs een vlok natte sneeuw. In de nachten koelt het vaak af tot rond of net iets onder het vriespunt.

De koude lucht waar we zondag en in de nieuwe week in terecht komen, stroomt helemaal vanuit Groenland naar Nederland toe. Dit gebeurt langs de flanken van een krachtig hogedrukgebied over de Atlantische Oceaan.

Met de aanvoer uit het 'koude' noorden krijgen we iets wat we sinds november niet meer gezien hebben: een lange periode met te koud weer voor de tijd van het jaar. Waar we begin april normaal kunnen rekenen op een graad of 14 of 15, moeten we het nu doen met 'slechts' 8 tot 10 graden. Daarmee komen we dus 5 graden 'te kort' voor begin april.

Temperaturen van 5 graden onder normaal zijn op zichzelf niet heel bijzonder. Wel is het opvallend dat we al sinds november boven onze stand leven wat temperatuur betreft. Daar komt nu dus een einde aan.