Niet eerder sinds het begin van de metingen in 1901 is april zo zonnig verlopen als in dit jaar. Vandaag kwam het aantal zonuren deze maand op 287.1 uur gemiddeld over het land. Daarmee is het oude aprilrecord uit 2007 van 280.3 uur gebroken. Normaal schijnt de zon in april ongeveer 180 uur gemiddeld over het land, dus het gemiddeld aantal zonuren over weerstations Den Helder, Groningen-Eelde, De Bilt, Vlissingen en Maastricht.

De eerste dagen van de maand verliepen tamelijk bewolkt, maar vanaf de vijfde hebben we, met uitzondering van een aantal dagen, tot en met de 24^e een groot aantal stralend zonnige dagen gehad. Op 27 april konden we al een eerste zonurenrecord noteren, toen de maanden maart en april samen niet eerder zo zonnig waren verlopen. 

Door de tamelijk bewolkte dagen in het slot van de maand werd het maandrecord nog heel spannend, maar ook die is nu dus nipt gebroken.

Het is deze aprilmaand natuurlijk niemand ontgaan dat we een groot aantal dagen met staalblauwe luchten hadden. Tussen 15 en 23 april zijn er regio's geweest waar geen wolkje aan de hemel te zien was. Compleet wolkenloze dagen worden door de toename van het vliegverkeer steeds zeldzamer in ons land. Door de Coronacrisis is het vliegverkeer sinds half maart flink gereduceerd, waardoor minder sluierwolken als gevolg van vliegtuigen konden ontstaan.

Hierdoor hebben we zeer waarschijnlijk wat extra hoeveelheid zonneschijn kunnen noteren deze maand. Hoeveel dat extraatje is, weten we niet precies, maar meer dan een aantal uur zal het op maandbasis niet zijn geweest.

De grote hoeveelheid zonuren kunnen we deze maand vooral toewijzen aan de vrijwel constante aanvoer van zeer droge lucht vanaf het Europees vasteland. Door het ontbreken van vocht in de lucht, konden gewoon nauwelijks wolken ontstaan. Echter is het zonurenrecord van 2007 maar heel nipt gebroken, dus zou het kunnen dat de Coronacrisis net het extra zetje heeft gegeven dat het record toch gebroken is.

Sinds de laatste decennia is de maand april steeds zonniger geworden. In het begin van de vorige eeuw was de gemiddelde zonneschijnduur in de maand april ongeveer 145 zonuren (1901-1930). In de jaren zestig was het gemiddeld aantal zonuren opgelopen naar ongeveer 165 uur en in de huidige klimaatnorm is zo'n 180 uur gebruikelijk voor april.

In de nieuwe klimaatnorm, die vanaf volgend jaar geldt, is het gemiddeld aantal zonuren in april opnieuw flink gestegen. Gemiddeld over de jaren 1991 tot en met 2020 is het aantal zonuren in april maar liefst 195 uur gemiddeld over het land. Opnieuw is de klimaatnorm met meer dan 10 uur verschoven.

Heel vreemd is het grote verschil tegenover de huidige klimaatnorm niet. Met uitzondering van april 1942 zijn alle andere aprilmaanden in de top-10 van zonnigste aprilmaanden afkomstig uit de nieuwe klimaatperiode die van 1991 tot en met 2020 loopt. Sterker nog, acht van de 10 aprilmaanden in de top-10 van zonnigste aprilmaanden zijn van na het jaar 2000. Kortom, april wordt alsmaar zonniger.