De gemiddelde maximumtemperatuur in De Bilt was over de afgelopen zeven dagen, inclusief vandaag, minstens 15.0  graden. Niet eerder sinds het begin van de metingen in 1901 was een zevendaags gemiddelde maximumtemperatuur zo vroeg in het jaar zo hoog.

In 2019 kwam de zevendaags gemiddelde maximumtemperatuur in de periode van 21 tot en met 27 februari voor het eerst boven 15 graden uit. Tot dit jaar was dit het record. Nu is dat record met een aantal dagen aangescherpt, van 18 tot en met 24 februari 2021.

In 2020 begon de eerste weerkundige lenteweek op 1 april. In 2019 was de eerste weerkundige lenteweer dus extreem vroeg, in 2018 moesten we wachten tot 3 april toen de eerste lenteweek aanving. Dit jaar zijn we dus ruim een maand eerder dan afgelopen jaar en in 2018.

Gemiddeld genomen start de eerste lenteweek rond 29 maart. In de vorige klimaatperiode was dat 3 dagen later, halverwege vorige eeuw rond 10 april en in het begin van de vorige eeuw was het gemiddelde rond 13 april. 

In het jaar 1941 moest men het langst wachten op de eerste weerkundige lenteweek. Pas van 12 tot en met 18 mei was de zevendaags gemiddelde maximumtemperatuur dat jaar voor het eerst 15 graden of hoger. Deze eeuw hebben we in 2008 het langst op de eerste lenteweek moeten wachten, die toen op 17 april begon.

De start van de lente wordt in ons land meestal op twee verschillende manieren beschreven: de start van de astronomische lente rond 20 maart of de start van de meteorologische lente op 1 maart. Omdat het weer zich lang niet altijd aan de start van een seizoen houdt, kan je het begin van de lente ook weerkundig bepalen. 

In de weerkunde wordt hiervoor meestal een weekgemiddelde maximumtemperatuur van 15 graden of hoger gebruikt. Met een weekgemiddelde bepaalt niet een enkele lenteachtige of (zeer) zachte dag het begin van de weerkundige lente, maar een langere reeks dagen wel.

Leuk feitje: in Zweden start weerkundig de lente wanneer de etmaalgemiddelde temperatuur ten minste zeven dagen op rij boven nul is. Dat betekent dat de start van de lente daar varieert met de breedtegraad en hoogteligging.